Familiale zaken

Casus 1

 

2 jonge ouders (25 en 23 jaar) zijn 3 jaar wettelijk samenwonend. Ze hebben een dochter van 18 maanden, erkend door de man. Mevrouw is 6 maanden zwanger van hun tweede kindje. Plots en zonder dat hij ooit vertelde dat het samenleven niet evident was voor hem, vertrekt hij naar zijn ouders en zegt hij de wettelijke samenwoning eenzijdig op. Mevrouw is ontredderd. Hoe moet het nu verder? Zal de man het ongeboren kind erkennen? Wat rond de bevalling? Welke naam voor het kind? Zij kan alleen de huur van de woning niet betalen, waar moeten ze heen? Wat met de auto, de moto, de inboedel? Hij wil niet met haar praten. Hij wil een week-week verblijf voor het kind van 18 maanden, zij vindt het kind hiervoor te jong. Zij stapt naar een advocaat die een procedure inleidt voor de bevoegde vrederechter. Met akkoord van de partijen, beveelt de vrederechter voorlopige maatregelen en een gerechtelijke bemiddeling, en stelt de zaak uit naar de zitting 2 maanden nadien om de jonge ouders de kans te geven samen met de aangestelde bemiddelaar onderling te overleggen, en eerst onderling te zoeken naar een voor ieder haalbare (deel) oplossing. De bemiddelaar heeft als opdracht te bemiddelen, zodat zij beiden zouden kunnen afspraken maken onder andere over de financiële regeling tussen hen bv. over de betaling van de huur, de lening voor de auto, over de afspraken rond de bevalling en geboorte van het ongeboren kindje, de verblijfsregeling van de beide kinderen, de financiële bijdrage van elke ouder voor de uitgaven van de kinderen en alle zaken die de beide partijen willen bespreken en overleggen. Tijdens 5 bemiddelingssessies is het emotioneel soms wel heel moeilijk voor beiden. Met de bemiddelaar leren ze opnieuw luisteren naar elkaar, en maken afspraken die worden vastgelegd in een bemiddelingsakkoord, dat gehomologeerd wordt door de vrederechter. Daardoor hebben deze afspraken dezelfde waarde als een vonnis.


Casus 2


In hun onderlinge regeling in het kader van hun echtscheiding door onderlinge toestemming, waren de echtgenoten overeengekomen dat de 2 kinderen hoofdzakelijk bij de mama verblijven, en om de veertien dagen van donderdag tot maandagmorgen bij de papa. Er was een onderhoudsbijdrage afgesproken, op basis van deze verblijfsregeling, en de inkomsten van elke ouder. De mama werkte sinds de geboorte van het oudste kind deeltijds. Dat waren de ouders overeengekomen. Mama gaat na 5 jaar samenwonen met haar partner en gaat nu ook meer werken. De 15-jarige zoon kan het niet vinden met die man, en vertrekt naar papa. De zoon wil geen contact meer met moeder. Moeder vindt dat de vader de zoon van haar weghoudt, vader vindt dat de zoon volledig gelijk heeft. Papa wil dat deze toestand geregulariseerd wordt, dat de zoon bij hem gedomicilieerd wordt, dat de kinderbijslag aan hem uitbetaald wordt, en mama onderhoudsgeld aan hem moet betalen. Beide ouders beslissen een erkend familiaal bemiddelaar te consulteren om samen te zoeken naar een voor hen haalbare oplossing. De bemiddelaar luistert naar ieder van hen, maar kiest geen partij voor een van hen. Ze werken bij de bemiddelaar aan een herstel van het contact zoon-mama, en zij een maken een financiële regeling die voor hen haalbaar is. Het bemiddelingsakkoord wordt op verzoek van beide ouders gehomologeerd door de jeugdrechter, en heeft dezelfde waarde van een vonnis.

 

Casus 3

 

De echtgenoten zijn 22 jaar getrouwd en hebben 4 studerende kinderen, 2 meerderjarig, 2 minderjarig. Er is heel veel ruzie tussen de beide partners. De vrouw beslist dat de spanning niet goed is voor de kinderen en wil scheiden. Hij wil dit niet. Geen van beiden kan de gezinswoning overnemen, maar eigenlijk willen ze dat de vier kinderen daar nog kunnen blijven wonen zolang ze niet afgestudeerd zijn. Elk gesprek tussen hen beiden mondt uit op ruzie, verwijten. Toch vinden zij het belangrijk dat zij samen de gevolgen van dit uiteengaan onderling kunnen regelen. Zij doen beroep op een bemiddelaar en met de hulp van de bemiddelaar slagen ze erin hun rustig en naar elkaar te luisteren en samen naar oplossingen te zoeken die voor ieder van hen en de kinderen haalbaar zijn. Werken samen met de neutrale derde in 5 bemiddelingssessies in het kader van hun scheiding een overeenkomst uit rond de woning, de verdeling van hun goederen, en een voor de kinderen aanvaardbare regeling rond het verblijf, studiekosten voor de 4 kinderen.

 

Casus 4

 

Mevrouw Pin, 30 jaar en van Portugese afkomst, is de moeder van de op heden 13-jarige Emilie. Mevrouw Pin leeft samen met meneer Ali van Tunesische afkomst. Zij heeft zich met haar dochter tot de Islam bekeerd. Mevrouw Silva, tante van moederszijde van mevrouw Pin is dus groottante van Emilie en ook haar meter. Mevrouw Silva heeft zich van bij de geboorte van Emilie over haar ontfermd, om zo hulp te bieden aan de toen nog zeer jonge mevrouw Pin, die toen nog studeerde. Ten gevolge van een vier jaar geleden ontstaan conflict tussen de grootmoeder aan moederszijde en haar zus, mevrouw Silva, ontzegt mevrouw Pin elk contact tussen Emilie en haar meter. Door mevrouw Silva werd een procedure aangespannen om een bezoekrecht te bekomen ten aanzien van Emilie. Het belang van het kind inachtgenomen, moedigt de jeugdrechtbank de partijen aan om een bemiddelingstraject aan te vatten, zodat zij het conflict dat hen reeds jaren tegenover elkaar stelt te kunnen beëindigen. Of tenminste een verstandhouding te vinden in het hoger belang van Emilie. Enkele ontmoetingen waren nodig om elkeen zijn mening te laten uiten over de familiale problemen en de herneming van de contacten toe te laten tussen Emilie en haar meter. Een slotsessie omtrent de tussen mevrouw Silva en mevrouw Pin gesloten akkoorden gebeurde in aanwezigheid van Emilie.

 

Casus 5

 

Mijnheer Dan en mevrouw Meli hebben gedurende 10 jaar als koppel ongehuwd samengeleefd. Uit hun relatie is Pieter geboren, momenteel 7 jaar oud. Het koppel werd door vrienden bemiddeling aangeraden, om de modaliteiten van hun scheiding vast te leggen, te weten:

 

  • de verantwoordelijkheid van de twee ouders ten opzichte van hun zoon en de modaliteiten van de te nemen beslissingen in de gezamenlijke uitoefening van de ouderlijke macht (schoolkeuze, gezondheid, religie…)
  • de modaliteiten van verblijf
  • de financiële bijdrage ten aanzien van het kind
  • de verdeling van het vermogen

 

De bemiddelingssessies vonden plaats. Vier ontmoetingen van anderhalf uur hebben toegelaten om een bemiddelingsakkoord te sluiten dat ter homologatie kan worden aangeboden aan de bevoegde rechtbank.